woensdag 18 februari 2009

Automatendraai materialen kennis, deel 2

Automatenstaal is ook zo’n kreet waarvan niemand meer het fijne weet. Er is een legering die officieel zo genoemd wordt, dus dan lijkt iedere verwarring overbodig. Maar toch knaagt het hier en daar als wij draaiwerk uit automatenstaal aanbieden, in plaats van, bijvoorbeeld, staal 37.

Ik weet het, het is allemaal oude titulatuur, maar het is zo ingesleten.

Automatenstaal is helemaal gelijkwaardig aan staal 37 (wat nu dus S235JR heet, onder deze link vindt u een handige conversielijst met de oude en de nieuwe namen)

Maar goed, terug naar automatenstaal, voorheen 9SMn28K, nu 11SMn30C (en het staat niet in de hierboven genoemde lijst). Volgens sommige sagen en legenden zou automatenstaal niet lasbaar zijn, omdat het lood bevat. En dat is onjuist. Er is wel een loodhoudende variant van automatenstaal, loodgelegeerd automatenstaal (roepnaam ‘ledloy’) . Het lood zorgt voor een betere smering van het snijdende gereedschap, en zo kan de standtijd van het gereedschap verlengd worden. Dat was heel belangrijk toen er nog met profielgereedschappen gewerkt werd, maar met de CNC techniek en de hardmetalen wisselplaatjes beginnen de voordelen een beetje achterhaald te worden. De nadelen (lood heeft wat onaangename eigenschappen, en in ijzer is lood niet zo sterk gebonden als, bijvoorbeeld, messing, dus komt het makkelijker vrij).

Automatenstaal bevat wel zwavel, en dat geeft een zuurvormend oxide. Toen, in een grijs verleden, industrieel nog met elektroden gelast werd gold het advies om voor automatenstaal basische elektroden te gebruiken. Voor (vrijwel) alle andere vormen van lassen (MIG, TIG, Weerstandlassen, wrijvingslassen) zijn er ons geen beperkingen bekend. De instellingen zijn soms wat anders, maar het resultaat is zeker niet slechter dan bij ST37.

Automatenstaal dankt zijn gunstige verspanende eigenschappen aan de manier waarop het breek. Indachtig het zegswijs :’buigen of barsten’ zal het materiaal dus minder goed koud vervormbaar zijn. En inderdaad, automatenstaal laat zich niet goed buigen of anderszins vervormen. Er ontstaan vaak scheuren of breuken als er over een te kleine radius gebogen wordt, of als onderdelen geplet worden. Klinken kan wel, maar vraagt meer aandacht.

En allerlei andere legringen die automatenstaal genoemd worden, zijn dat gewoon niet. Ze zijn vaak wel beter verspaanbaar dan hun, over het algemeen ongezwavelde of ongelode, ‘normale’ equivalenten. Maar op draai automaten beter verspaanbaar staal is nog geen automatenstaal.

Geen opmerkingen: